In gesprek met… juridische kennisverspreider Steven Nooij, Boom Juridisch

Legal Intelligence ging in gesprek met 5 verschillende juridische kennisverspreiders in Nederland. De bibliothecaris, de uitgever, de marketeer. Wat drijft ze, hoe zien zij hun rol en de verandering van de informatiedrager? De eerste in deze reeks is Boom Juridisch. Over het Jongensboek, beschermende vleugels en ellenlange lijsten met meta-data.

Steven Nooij beweegt zich nu inmiddels – ondanks zijn jonge uitstraling – naar de categorie ‘oude rotten in het vak’. Twintig jaar werkt hij voor juridische uitgeverijen nu, waarvan elf jaar voor Boom Juridisch. Hij is verantwoordelijk voor het uitrollen van de commerciële strategie.

Steven, plotseling was Boom Juridisch daar in 1997 – en plotseling was het een flinke speler. Hoe kan dat?
“De jaren negentig waren roerige tijden. Uitgeverij VUGA werd opgeslokt door Reed Elsevier, die vergaande plannen had om met Wolters Kluwer te fuseren. De twee bedrijven samen zou de verhoudingen enorm uit balans trekken. De op handen zijnde monopolie van de twee grote jongens gaf ruimte voor een tegenhanger. Dat gat viel samen met de start van de opleiding HBO-rechten, waarvoor nieuw materiaal moest worden ontwikkeld. De grote uitgevers waren vooral druk met elkaars cijfers. Als je dan ooit een nieuwe uitgeverij moest starten, dan was dít het juiste moment.

Het lijkt wel een spannend jongensboek. Hoe verwierf Boom positie?
Steven lacht. “De fusie werd uiteindelijk gestopt door de NMA, maar had in de tussentijd al ruim baan gemaakt voor Boom om een belangrijke speler te worden.

De HBO-boeken liepen goed, en Boom bewees zich in het wetenschappelijke netwerk door veel wetenschappelijke publicaties. Ook gaf Boom een soort pocket-samenvatting van de basisbeginselen van het recht uit: de Boom Basics-serie. Dat was ook een groot succes en een stap richting de praktijk. De juridische praktijk was dan ook onze logische volgende stap. En dan niet alleen de grote gebieden, maar ook de minder grote gebieden met weinig abonnees.”

Waarom wil je dat?
“Wij voelen die plicht als uitgever met een sterke wetenschappelijk link, en vinden het ook belangrijk voor ons netwerk met professoren. En wat we daarnaast handig hebben gedaan, is dat je bij ons het all-in pakket kan nemen. Als je kiest voor een bepaald aantal tijdschriften, dan kan je voor hetzelfde bedrag ál onze 41 tijdschriften nemen. Zo hebben we voor elk tijdschrift direct potentieel bereik. We zijn sterk omdat we geen me too-uitgever zijn.”

Een me-too-uitgever? Wat bedoel je daarmee?
“We willen niet hetzelfde uitgeven als de rest. Dus we zoeken naar een andere manier om onderwerpen te belichten. Bijvoorbeeld de totstandkoming van nieuwe wetgeving. Onze nieuwe serie Commentaar & Context becommentarieert nieuwe wetgeving én neemt de parlementaire geschiedenis daarin mee. Dat is een verschil met wat er is en geeft volgens ons beter de context van wijzigingen weer. We krijgen daar hele positieve reacties op.”

Tijdens het gesprek springt Steven op en loopt naar de boekenkast. Hij pakt nieuwe boeken en vertelt enthousiast over publicaties van de afgelopen jaren. Vervolgens pakt hij zijn laptop en laat zien wat Boom Juridisch online allemaal heeft aangepakt. Enthousiast vertelt hij over open access, of het digitaal bijhouden van quotations, ook als dat bij een andere uitgeverij is en het pay-per-article-principe.

Jullie zijn niet bang voor de digitalisering?
“We zijn jong, we hebben geen decennia-lang proces van papier. Onze basis is min of meer digitaal en onze instelling flexibel. Aan de andere kant hebben we wel een moederbedrijf waar nu een vijfde generatie Boom achter het roer zit. We zijn dus een combinatie van vernieuwend en traditioneel.”

En hoe loopt dat? Het romantische beeld van de advocaat die op zondagochtend in bad gaat met zijn vaktijdschrift, bestaat dat nu nog wel of niet?
“Meer dan je denkt. Advocaten lezen wel online, maar ze richten zich daarbij nog steeds op papier. Zes jaar geleden dachten we echt dat e-pub de toekomst was, dus een bestandsformaat dat je als uitgeverij kan aanpassen naar de volgende druk, responsive op elk scherm, gemakkelijk doorzoekbaar… Fout. We dachten voor de gebruiker. De juristen zaten er niet op te wachten, die willen graag de opmaak behouden van papier. Verwijzen is erg belangrijk, er zit een bepaalde functionaliteit in papieren opmaak die prima werkt. We kunnen dat niet zomaar omgooien.”

Ook over twintig jaar niet? Waren jullie niet gewoon wat vroeg?
“We hebben geleerd dat het gewoon wat langzamer gaat dan je denkt. Tien jaar geleden al dachten we dat het onderwijs fragmentarisch zou worden. Een soort Spotify op alle boeken, waarbij je alleen bepaalde hoofdstukken zou lezen. Gebeurt nog steeds niet. Er zijn een paar universiteiten die de student verplichten een online bibliotheek aan te schaffen, maar ook al die studenten kiezen ervoor om de echte boeken aan te schaffen.

En wat is jullie strategie nu?
Wij volgen de gebruiker in zijn tempo. We zoeken met de digitalisering naar wegen hoe we de markt het best kunnen bedienen. Zoals met Legal Intelligence, de kantoren waren enthousiast en wij volgden hierin de markt. Sterker nog, we hadden overal al pdf’jes van, we wisten alleen niet hoe we de juristen konden overtuigen. Dus dat was een mooie wisselwerking. We kunnen de markt niet een bepaalde kant op sturen, we streven ernaar om koplopers te worden op de ingeslagen weg.”

En waar leidt die weg ons naartoe?
“We focussen ons nu aan koppelen van de relevante juridische terminologie aan metadata, dat ze beter vindbaar worden. Ook voor boeken is dat nu erg belangrijk. Er waaien systemen en ideeën over uit Amerika, waarbij parate kennis wordt gedigitaliseerd. Je kunt er niet omheen als advocaat.”

Willen we wel die kant op?
“We zullen gewoon wel moeten. Hoe goed het boek ook is geschreven, als we het niet goed doorzoekbaar maken, dan wordt de informatie minder vaak gevonden. En dus minder vaak geraadpleegd. Aan ons als uitgever de taak om de boeken zo goed mogelijk vindbaar te maken.”

Boom Juridische Uitgevers is gevestigd in de Kanonstraat te Den Haag. Als je de straat inslaat, zie je het gedicht ‘Laat’ van Leonard Nolens. Het eindigt met: “Neem niet je tijd. En laat tijd je nemen. Laat.” Teruglopend valt die laatste strofe weer op. Je zou Steven ervan kunnen verdenken het zelf op de muur te hebben geschreven.

Andere interviews in de serie ‘De kennisverspreiders’:
1. Jan Wessel Ham, Wolters Kluwer
2. Martin van Hemert, DeLex
3. Pieter Timmermans, SRK

________________________________

Op de hoogte blijven van de laatste ontwikkelingen omtrent de digitalisering in de juridische wereld? Houd onze LinkedIn en website in de gaten en mis niks.

LinkedIn